Johannes 8:48

SVDe Joden dan antwoordden en zeiden tot Hem: Zeggen wij niet wel, dat Gij een Samaritaan zijt, en den duivel hebt?
Steph απεκριθησαν ουν οι ιουδαιοι και ειπον αυτω ου καλως λεγομεν ημεις οτι σαμαρειτησ ει συ και δαιμονιον εχεις
Trans.apekrithēsan oun oi ioudaioi kai eipon autō ou kalōs legomen ēmeis oti samareitēs̱ ei sy kai daimonion echeis

Algemeen

Zie ook: Samaritanen
Johannes 7:20, Johannes 10:20

Aantekeningen

De Joden dan antwoordden en zeiden tot Hem: Zeggen wij niet wel, dat Gij een Samaritaan zijt, en den duivel hebt?


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

απεκριθησαν
antwoordden

-
ουν
dan
οι
-
ιουδαιοι
De Joden
και
en
ειπον
zeiden

-
αυτω
tot Hem
ου
niet
καλως
wel
λεγομεν
Zeggen

-
ημεις
wij
οτι
dat
σαμαρειτης
een Samaritaan
ει
zijt

-
συ
Gij
και
en
δαιμονιον
den duivel
εχεις
hebt

-

De Joden dan antwoordden en zeiden tot Hem: Zeggen wij niet wel, dat Gij een Samaritaan zijt, en den duivel hebt?

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!